Cafeetje

Door de mobiele telefoon maken we ontelbaar veel foto’s. De mislukte of onflatteuze foto’s verwijderen we voordat anderen ze onder ogen krijgen. Deze foto van mijzelf als driejarige met mijn moeder in een eet-caféetje lijkt een uitprobeersel van mijn fotograferende oude buurman. Grote kans dat de foto nu ingewisseld zou worden voor eentje waarbij moeder en dochter vrolijk in de lens kijken.

En toch is dit toch een prachtige momentopname en vertelt het een verhaal. Mijn moeder -nieuwsgierig als ze is- kijkt naar een gezin aan een ander tafeltje. Ikzelf -als peuter met een verkreukelde polo onder mijn trui- reik met mijn arm naar mijn moeder en kijk wat opgelaten. We gingen vroeger niet vaak naar een cafe, misschien was ik niet helemaal op mijn gemak of verveelde ik me omdat ik lang moest wachten op mijn pannenkoek of tosti ..

In roman ‘Als de winter voorbij is’ beschrijft Thomas Verbogt een foto die hem dierbaar is. De foto toont zijn zus Becky voordat ze vertrok naar Amerika. Zij staat met haar gitaarkoffer in de hand, maar kwam niet verder dan Harmelen omdat ze verongelukte met de trein. De foto werd gemaakt op een onbewaakt moment en zijn zus lacht verlegen. Overvallen door de camera.

Bij mijn ouders stond een andere foto van haar, ook met gitaar, maar daarop lacht ze omdat ze die lach wil laten zien.

Ik zie liever die andere lach.

Verbogt beschrijft in het boek de momenten- soms maar een paar seconden- die je leven bepalen. Een blik, een kus, een aanraking van een voorbijganger. Het is een boek dat tracht te vatten waar het uiteindelijk om draait in het leven.

De auteur schrijft sferisch, en gebruikt prachtige woorden en zinnen. Toch vond ik het een wat onsamenhangende verzameling melancholieke bespiegelingen, dat waarschijnlijk bij mij niet erg lang zal bijven hangen.

Afgezien van dat voorbeeld van die foto dan. Want zeg nou zelf: vrolijke selfies hebben we inmiddels allemaal wel genoeg.

2 gedachten over “Cafeetje

  1. Treffende zinnige praat weer. Inderdaad genoeg selfies, soms met meerdere personen close-up. Altijd commentaar dat we er niet goed opstaan, mijn haar zit raar, kijk nou hoe ik kijk, of andere duistere reden niet goed genoeg. Maar als het moment er is dat we iemand moeten missen verlangen we naar die foto en maakt het niet uit hoe we er opstaan en gaat het vooral om het moment en de bijbehorende herinnering. Misschien moeten we ons dat ook op het moment dat de foto gemaakt wordt meer gaan beseffen. Je zinnige praat geeft weer stof tot nadenken…

  2. Wat lijk je nu op je moeder toen! Alleen daarom al waard om bewaard te blijven. Ik heb maar weinig foto’s waar ik als kind te zien ben en ervaar dat wel als een gemis.
    Hartelijke groet
    Kees

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *