Ik las Gilead van de Amerikaanse auteur Marilynne Robinson, een van de favoriete schrijvers van Barack Obama. Eerder schreef Robinson over hetzelfde dorpje en dezelfde mensen de romans ‘Lila’ (ook gelezen en eerder beschreven op mijn blog) en ‘Home’. In Gilead krijgt de oude dominee John Ames het woord. In een interview zegt Obama ‘dat hij als een blok viel voor dit personage’.
Het boek vergt wel wat concentratie; iedere zin doet ertoe, en het staat bol van theologische en filosofische reflecties. John Ames is 78 en heeft gehoord dat hij niet lang meer te leven heeft. Hij schrijft een brief aan zijn zoontje van 7 jaar. Een brief over zijn familie, zijn geloof, zijn leven en liefde. Ontroerend vind ik als hij schrijft hoe hij het leven gaat missen:
‘Ik zag een zeepbel voorbij mijn raam vliegen, bol en wiebelig, die overging in dat libellenblauw dat ze krijgen vlak voordat ze uiteen spatten. Dus ik keek naar beneden in de tuin en daar was jij, jij en je moeder, je blies bellen naar de poes, zo’n spervuur dat het arme beest helemaal opgewonden raakte van al die kansen (..) O dit leven, deze wereld”
John Ames is eigenlijk een wonderlijk personage voor een roman. Een man die nooit vertrok uit zijn geboorteplaats Gilead op het platteland van Iowa. Een man die net als zijn vader en grootvader predikant is geworden. Een gelovig man. Met de kennis van een leven achter zich schrijft hij over de dingen die er werkelijk toe doen. Zijn spirituele ervaringen middenin het alledaagse. Misschien juist daardoor raakt John Ames een snaar bij zovelen. In 2005 won Gilead de prestigieuze Pulitzer Prijs. Niet groots en meeslepend leven maar integer en met een constante verwondering over het bestaan. Het deed me denken aan dit gedicht van Marjoleine de Vos:

foto: Heidi Uittenbroek; mijn tante. Op haar blog heidispinsels.blogspot.com toont ze de schoonheid van het alledaagse
Ruimtevrees
Achter eilanden, daar weer achter
dijken, zee en Zweden. Waar zou je heen?
De blik verliest je met zichzelf in ruimte
waar aankomst ver en ver te zoeken is.
Niet voor de woerd die plotseling en onbedaarlijk
groen het zonlicht en je oog in zwemt.
Kijk bij je voet, maant hij, waar speenkruid
bloeit, de lucht weerspiegeld blauw is in het diep.
Voel warmte op je neus, zie ‘t vroege blad
van vlier. Je keek te ver. Wat je zoekt is hier.
Dag Mirjam,
Leuke en toepasselijke foto van Siem! Het boek ken ik niet, maar op het mooie gedicht van Marjoleine de Vos kan ik wel inhaken. Ik bespeur in haar gedicht invloed van de dichter C.O. Jellema (1936-2003).
Zij schreef tot na zijn overlijden in 2003 in NRC-Handelsblad regelmatig over diens poëzie. Jellema woonde net als Marjoleine de Vos op het Groningse platteland. Ik meen dat zij elkaar ook gekend hebben.
De artikelen van Marjoleine de Vos over Jellema hebben mij er destijds toe gezet mijn doctoraalscriptie voor de studie Cultuurwetenschappen aan Jellema te wijden.
Het hieronder volgende gedicht van hem laat iets zien van zijn mystieke verwondering:
Zeegezicht
Op de palm van jouw hand, in dat landschap
van gevormde levenslijnen, niet groter
dan een flinke waterdruppel
– terwijl zonsondergang de hele
hemel boven de eindstreep van het eiland
ginds in Turner-kleuren zet –
die babykrab, voorzichtig
van tussen de basaltblokken geraapt,
zijn onderkomen waar hij wachtte op de vloed.
Nog kleiner dan de nagel van jouw pink,
zijn grijsblauw pantsertje nog niet verkalkt,
krabbelt hij zijwaarts over plooi en heuvel,
een onbekende wereld, verontrust
dat bodem warmte geeft.
Dan, op de rand van dat heelal, laat hij
zich zonder aarzeling terugvallen in
de veiligheid van spleten, zeezand, steen,
met achterlating van een beeld, van
haast een naam.
Nu is het of wij, samen onder aan de dijk,
worden gezien, terwijl het water stijgt
en in doorschijning spiegelt hoe de hemel kleurt.
Heeft iemand iets gezegd? Nee, niemand sprak.
Zie voor meer gedichten en informatie over Jellema mijn website: http://www.hermanherbers.nl.
Hartelijke groet,
Kees
Hoi Mirjam,
Inderdaad een prachtig boek. Ik las het een jaar of 4, 5 geleden, en het heeft veel indruk op mij gemaakt.
Het is een “slow reading” boek, dus het vraagt zeker een goede concentratie, maar dan word je ook “beloond”.
Mooie verbinding met het gedicht van Marjoleine de Vos en prachtige foto’s.
Hallo Mirjam,
Wat een mooi gedicht!! Inderdaad kun je heel dichtbij vlak onder je neus zoveel moois ontdekken.
Elke dag is er wel weer een klein natuurwondertje. Wat leuk dat je een foto van mij bij je stukje hebt gebruikt.
Lieve groet uit Vorden