Oude dames

Ruim voor de bus vertrekt zie ik ze naderen.
Ze lopen zo behoedzaam in de pas.
Hun schoenen passen altijd bij hun tas,
gezonde kousen steunen oude aderen.

Een fleurig sjaaltje siert hun saaie jas,
een beetje lipstick tegen het ontbladeren
en zilverwitte krulletjes omkaderen
’t gezicht dat vroeger mooi of lelijk was.

Dit is mijn voorland, zo zal ik verwelken.
Ik maak een praatje met ze over ’t weer
en ruik een vleug parfum van aronskelken.

De bus vertrekt. Ze zingen zacht een lied:
sirenen met een lofzang op weleer.
Ze wenken naar me. Maar ik wil nog niet.

Patty Scholten, Tralieliederen, Atlas, Amsterdam, 1999

Afgelopen woensdag verzorgde ik aan avond voor De Passage, ook wel bekend als ‘de vrouwenbond’. Vijftig dames –gemiddeld 70 jaar oud- waren gekomen naar de recreatiezaal van een Gouds verpleeghuis om naar mijn verhaal over het werk van het Swanenburghshofje te luisteren.
Het hofje, gebouwd in 1692, is gebouwd als een hofje van barmhartigheid door de diaconie voor ‘weduwen en dames van onbesproken gedrag’. Dé plek voor oude dames die niet werden verzorgd door hun kinderen en familieleden. De tijden zijn veranderd. Oude alleenstaande dames wonen nu zo lang mogelijk zelfstandig met hulp van thuiszorg, of gaan wonen in een verzorgings-of verpleeghuis. Maar vrouwen worden nog altijd ouder dan mannen, en oude vrouwen zijn dus nog altijd in de meerderheid. Ik heb genoten van deze avond, temeer omdat ik, na de pauze, a la zinnige praat, een inleiding hield over ‘vrouw zijn en ouder worden’. Het bovenstaande gedicht riep hilariteit op vormde direct een aanleiding tot gesprek; ‘Ik wil nog niet mee in die bus hoor!’ In groepjes van 6 spraken ze vervolgens met elkaar over dromen en ambities die ze als meisje of jonge vrouw hadden en of die zijn uitgekomen, hoe het was om in de tijd vóór de emancipatie op te groeien. Hoe het is om ouder te worden, en hoe er in de maatschappij wordt omgesprongen met oude dames. Met de vleug van aronskelken nog in de neus én veel levensverhalen om te herkauwen fietste ik tevreden naar huis.

4 gedachten over “Oude dames

  1. Wat een mooi gedicht en warm menselijk verhaal. Prachtig!
    (en dankzij de e-mail alert lees ik ze nu allemaal…)

  2. Wat een mooi gedicht en volgens mij heb je een bijzondere avond gehad. Hoop je verhalen nog een keer te horen.
    Heidi

  3. Hey lieve Mirjam,

    Wat heb je dit mooie gedicht weer zorgvuldig uitgezocht voor zo’n bijzondere gelegenheid! Prachtig!

    Liefs Joyce

  4. Ik ben dan wel geen oude dame, maar het beeld spreekt me aan. Tevreden oude dames. Eigenlijk zijn ze wel tevree. En doet me denken aan een prachtig gedicht van Hein Walter:

    Neergroeien

    Op een dag wist ik het,
    op een dag wist ik,
    dit ben ik, zó moet ik zijn,
    zó ben ik bedoeld,
    niet meer, beter of anders,
    maar zó als ik ben, is genoeg.
    Ik weet het nog goed,
    nog precies hoe het was,
    hier, gezien, gewoon,
    het kleed, de dingen,
    maar anders, alles veranderd,
    alsof ik gegroeid was en wakker
    met alles verbonden,
    de hemel mijn voeten
    geworteld, open doorschenen
    en nergens een stem
    die zei dat ik dit of zus
    verbeterd en grootser,
    maar zo, natuurlijk,
    eenvoudig gegeven –
    dit is mijn leven.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *