Ik heb een steen verlegd,
in een rivier op aarde.
Het water gaat er anders dan voorheen.
De stroom van een rivier, hou je niet tegen
het water vindt er altijd een weg omheen.
Misschien eens gevuld, door sneeuw en regen,
neemt de rivier m’n kiezel met zich mee.
Om hem, dan glad, en rond gesleten,
te laten rusten in de luwte van de zee.
Ik heb een steen verlegd,
in een rivier op aarde.
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten.
Ik leverde bewijs van mijn bestaan.
Omdat, door het verleggen van die ene steen,
de stroom nooit meer dezelfde weg zal gaan.
Vandaag werden de overleden mensen uit onze geloofsgemeenschap herdacht. Ik bereidde deze dienst voor samen met twee bestuursleden. Dit lied van Bram Vermeulen was de intro van mijn preek. Bram Vermeulen was een Nederlands zanger, componist, liedschrijver, theatermaker en kunstschilder. Deze veelzijdige man werd 58 jaar en stierf in 2004. Zijn teksten waren niet zozeer vrolijk, als wel verhalend, bespiegelend. Ik vind het mooi dat hij met zijn tekst laat zien dat ieder mens van betekenis is; dat hij of zij ertóe doet. Het symbool van de steen is universeel voor herinneren en gedenken; grafstenen, hunebedden, stenen op joodse graven en de stolpersteinen in Gouda. De kinderen gingen tijdens de preek deze stenen, die overal in Gouda geplaatst zijn ter nagedachtenis aan de joodse mensen die zijn vermoord in de Tweede Wereldoorlog, bekijken. Ze legden allemaal een steen naast de brandende kaarsen om aan de mensen te denken die er niet meer zijn. Want je kunt wel dood zijn, maar je hoeft nog lang niet zijn vergeten. Ik eindigde met het andere zo mooie lied van Bram Vermeulen:
Als ik dood ga, huil maar niet
ik ben niet echt dood moet je weten
het is maar een lichaam dat ik achterliet
dood ben ik pas als jij me bent vergeten.
Veel te jong overleden die Bram Vermeulen; hij leeft voort in deze mooie teksten…